-
1 Amerindian
adj. amerikaanse indiaan--------n. amerikaanse indiaan; indiaans amerikaans (taal)[ æmərindiən] -
2 American
adj. Amerikaans--------n. AmerikaanAmerican1[ əmerrikkən] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:North American • Noord-Amerikaan————————American2♦voorbeelden:American Indian • (Amerikaanse) indiaanAmerican Legion • Amerikaanse Oud-strijdersbondthe American Revolution • de Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog -
3 American Indian
-
4 Amerind
n. Amerikaanse-Indiaanse--------n. amerikaanse indiaan; indiaans amerikaans (taal) -
5 Winnebago
n. Amerikaanse indiaan die in Wisconsin en oostelijk Nebraska woont; merknaam van Amerikaanse caravan--------n. afstammeling van de Winnebago Indianen stam; caravan vervaardigd door Winnebagobedrijf -
6 digger
n. Digger Indian, Amerikaanse indiaan die wortels opgroef voor voedsel (Beweging); Puritein die socialiste praktijken propageerde in het 17-de Eeuwse Engeland[ digə] -
7 Native American
betreffende Amerikaanse indianen, van de autochtone inwoners van Noord- en Zuid-Amerika -
8 Ottawa
n. Ottawa (hoofdstad van Canada); (rivier) Ottawa (rivier in Zuidoost Canada)--------n. Ottawa, indiaan van Ottawastam (Noord-Amerikaanse indianen die leefden nabij de Ottawa-waterval)
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский